De rally is echt begonnen
31 december 2019 - Saïdia, Marokko
Na een overnachting in Lyon en een voorspoedige reis richting Barcelona staan we op een prachtige terrassencamping in El Masnou. Een schilderachtig dorp op 25km afstand van Barcelona met goede treinverbinding. We staan binnen 25 minuten op Placa de Catalunya, het plein waar de onafhankelijkheidstrijders voor een zelfstandig Catalonië zich een aantal maanden terug massaal verzameld hebben. Niets ademt meer de grimmige sfeer van toen uit. Er lijkt met de nieuwe regeringscoalitie enige rust gekomen in de Catalaanse gelederen. Barcelona is een prettige, dynamische stad, waar we hernieuwd genieten van de sfeer, de mensen, Las Ramblas, de tentjes. We hebben een aantal jaren terug de meeste topics gezien. Maar La Boqueria, de grotendeels overdekte markt die officieel Mercat de Sant Josep heet, willen we niet missen. Je kijkt nu in deze kersttijd je ogen uit bij de verschillende chocolade en marsepein stalletjes. Zwarte Piet, hier als hulpje van de kerstman, mag worden verkocht met bruine chocolade.
Het Palau Güell hebben we vorige keer gemist. Eusebi Güell is Gaudi’s beschermheer en van hem krijgt hij zijn eerste opdracht voor een ‘groot’ paleis. Op nauwelijks 80 m2 grondoppervlak creëert Gaudi een van binnen immens ogend gebouw waarin centraal een tot het dak doorlopende ruimte dient als welkomst-, concert- en feestzaal. Er is achter grote deuren een kleine kapel en boven alle ruimten torent magistraal een orgel. De acoustiek heet uitzonderlijk te zijn. Rond de centrale hal liggen alle andere vertrekken en alkoven. Het gebouw is het begin van Gaudi’s wereldwijde bekendheid en de start van het Spaanse Modernisme in de bouwkunst. Het is een expressie van het, toen ook al, Catalaanse nationalisme. We genieten van de met veel rozenhout, mahonie en goudinleg versierde bogen, lambrizeringen, trappen en wanden. Op het dak van het gebouw staan de eerste oefenvormen van de kunstige Gaudi schoorstenen. We herkennen er de latere vormen van Parc Güell en de Sagrada Familia in. Het smeedwerk is gebogen golvend, een erker heeft een groots slangvormige versiering. De entree is met bogen, waar tot dan toe meestal vierkanten werden gebruikt. Meubilair in Jugendstil (soms ontworpen door Gaudi) staat in een aantal vertrekken.
We slenteren over de Ramblas en komen bij de zuil van Columbus, die over de haven en de zee uitkijkt. We besluiten het vertrekpunt voor onze overtocht op te zoeken. Dat is geen overbodige activiteit, want het ontbreekt aan duidelijke aanwijzingen. Als we Spanjaarden die er werken vragen waar de terminal naar Marokko is, kijken ze ons niet begrijpend aan. Maar de aanhouder wint, we komen bij een derde terminal waar onder andere de boot naar Nador vertrekt. We krijgen goede uitleg en markeren de ingang van de parkeerplek op onze mobiel. We kunnen helaas niet al veel vroeger in de rij gaan staan en daardoor niet slapend wachten in de auto. Dus moeten we bij de camping ons vertrek om 5 uur regelen.
We lopen terug en genieten op Placa Reial van de sfee. De lantaarnpalen op het plein zijn een ontwerp van Gaudi. Muziek en acrobatiek worden in korte shows opgevoerd, waarna ‘met de pet’ wordt gecollecteerd. We lopen terug naar de trein en komen voldaan van de hernieuwde kennismaking bij onze huifkar. Helaas zijn alle eettenten pas veel later open. We moeten nog duidelijk wennen aan de mediterrane tijden. Het is bij de camping op het terras gezellig druk. Met een prachtig zicht op zee genieten we na. Zaterdag nog boodschappen doen in het dorp.
Daarna kan onze rally van/over ‘onafhankelijkheid’ beginnen. Catalunya is een inspirerend begin. In Nador komen we in het Rif gebied, waarvan we actueel lezen dat een journalist gevangen is genomen omdat hij kritisch schrijft over de onderdrukking en achterstelling van Rif en haar bewoners. We gaan door Berbergebieden om uiteindelijk bij de Westkust door voormalig Polisario gebied te trekken. De grens tussen Algerije en Marokko is sinds 1994 hermetisch gesloten voor alle doorgang sinds Algerije mede omdat Algerije de rechten van Polisario erkende.
We zijn op zondagmorgen ruim tijd op weg naar de boot. Voor de route heb je geen routeplanner nodig. Je volgt op de ringweg de volbepakte auto’s, allemaal op weg naar Marokko. Bij de veerboot staat een grote rij wagens. Onze dakkoffer valt in het niet bij de soms bijna 1,5m hoge en ruim uitstekende bepakking. Dekzeil erover en rijden. We komen eenvoudig door de controles. Aan boord hebben we een kleine tweepersoonshut. Ideaal om de 28 uur oversteek comfortabel te doen. Heel anders doen de Marokkanen het: ze spreiden een dik kleed op een tussendek en maken zo zittend, slapend de overtocht. We vertrekken met 2 uur vertraging maar uiteindelijk zijn we met kalme zee bijna 2 uur voor de geplande aankomsttijd bij Nador.
Net voor we afmeren spreekt een Marokkaan ons aan in het Nederlands. Hij komt uit Arnhem en gaat voor 3 weken naar huis In Saïdia. Wij vertellen dat we in Saïdia naar de camping gaan. Hij glimlacht blij verrast en voelt zich dan kennelijk vrij genoeg. “Nador is geen leuke stad. Wil daar niet wonen. Is vies, smerig. Niet goed. ” Hij werkt al 29 jaar in Nederland. Wim zegt hem dat hij dan in de goede tijd naar Nederland is gekomen, toen er nog veel vraag was naar buitenlandse arbeiders. Wim vertelt dat in die tijd ook in Enschede veel migranten kwamen werken. Onze ‘vriend’, want zo benader je iedereen uiterst vriendelijk, werkt in een bedrijf met auto-onderdelen in Zevenaar. Hij weet waar Winterswijk ligt. Wim vraagt of hij, als hij gepensioneerd wordt definitief naar Marokko vertrekt. Hij aarzelt duidelijk, de voorzieningen in Nederland zijn veel beter. We kunnen hem geen ongelijk geven. Een leuke, korte ontmoeting.
De douane en controle in Nador is een groot contrast met Tanger Med. Geen lastige vragen, alle volbeladen auto’s kunnen na een eenvoudige blik doorrijden. Er wordt niet met tasjes naar de ‘chef de police’ gelopen. Ook wij zijn snel bij de laatste douanecheck. Wij blijken geen Marokkaans autoticket te hebben, maar dat wordt uiterst vriendelijk snel geregeld. Binnen 30 minuten lopen we al naar een bancomat in Beni Ensar, de voorstad van Nador bij de haven. Alles wat bovenop de auto’s is ingevoerd lijkt bij wijze van spreken al op straat te worden aangeboden. Echt Marokkaans: een rommelmarkt gemixed met een bonte mengeling van groenten-, fruit-, zoetwaren- en vleesverkopers. We voelen ons al weer helemaal thuis en vinden een telecomwinkel voor Marokkaanse sim-kaarten. Het gaat allemaal informeel en snel. Geen paspoortcontroles bij de koop van een sim-kaart. Betalen en klaar. Op weg naar Saïdia.
Saïdia was een dode stad geworden sinds de potdichte grens met Algerije. Het heeft officieel nog maar 4000 inwoners. We komen bij de oude kasbah, de ommuurde stad waar nog weinig leefbaarheid is. En bij de sinds 1994 gesloten grenspost. Saïdia past in het koninklijk streven veel toeristen naar deze badplaats te trekken. worden nieuwe strandhotels gebouwd. Niet allemaal zo luxueus als in Spanje en Frankrijk, maar de Marokkaanse Costa moet de komende jaren wel kunnen concurreren. Het wordt gepromoot als ‘De blauwe parel van Marokko’. Het klimaat en het zandstrand hebben ze als pré al mee. De weg van Nador naar Saïdia is om die reden opgeknapt. (De weg van het vliegveld Oujda, is zelfs 4-baans.) We rijden door prachtig golvend landschap met altijd de Middellandse Zee links van ons en rechts op de achtergrond uitlopers van het Rifgebergte.
Camping l'Amazone ligt in een nieuwer gedeelte van Saïdia, maar heeft een oude ietwat vervallen uitstraling. We kunnen er niet in. In ons reisboek staat dat we de sleutel kunnen halen bij een aangrenzend café, maar dat blijkt vandaag niet zo te werken. Een Duits echtpaar komt aanlopen en zij blijken de (enige) sleutel te hebben. De eigenaar is voor een paar dagen afwezig. In de parkachtige camping is een tuinman, maar die woont achteraan op het terrein in een bouwvallig hutje en hoort geen bel. We komen binnen op een groot ommuurd terrein met veel bomen. We voelen ons Hof (van) Heden bezoekers en in zekere zin een beetje hofmeesters. Voor Marokkaanse begrippen is het sanitair uitstekend en we hebben stroom. Vraag niet hoe, maar het is er. Met het Duitse echtpaar zijn we de enige gasten. We moeten met elkaar overleggen om, om de beurt, met de enige sleutel buiten de camping te kunnen. En nog belangrijker: er weer in.
Op nieuwjaarsdag rijden we naar Oujda en misschien door naar Figuig. Het laatste reisdoel is een 5-uurs reis door een verlaten gebied. In Marokko is er geen vuurwerk en geen georganiseerde nieuwjaarwisseling. Het Berber nieuwjaar is op 13 januari. Dat is een nationale feestdag. We wensen -in onze traditie- al onze volgers een goed, gezond en gelukkig 2020.
Voor 2020 de allerbeste wensen, vooral een goede gezondheid.
En natuurlijk een prachtige, interessante reis.
Ik proost vanavond ook op jullie!
Ik wens jullie alle goeds voor 2020. En geniet van de reis. Ik zal genieten van de mooie reisverhalen.
gr Monique
En ......weg zijn jullie alweer, helaas hadden wij geen tijd om nog even langs te komen.
Leuk die herkenbare beschrijvingen. El Masnou, wij stonden daar jaren geleden en brachten een week door in Barcelona, bekeken daar oa. vrijwel alle werken van Gaudi, (waar je geen genoeg van krijgt mits je dat kan doseren!).
Zou zo graag weer even kijken hoe de Sagrada er nu bij staat, dat komt er vast nog wel van.
Geniet van jullie nieuwe avontuur.
Lieve groet, Monique en Art
Allereerst heel veel geluk, liefde en gezondheid voor 2020.
Heb vanmorgen alweer genoten van jullie blog. Ik vind het, net als bij jullie vorige reis, alsof ik een spannend boek lees en kijk dan ook alweer uit naar het volgende hoofdstuk.
Liefs,
Elly
Allereerst de beste wensen voor dit nieuwe jaar. Dat er nog heel veel mooie reizen in gezondheid en voorspoed mogen volgen. Ik geniet hier mee met jullie heerlijke verhalen en belevenissen.
liefs
Marjon
Heel veel reis,geluk,en voorspoed in 2020 gewenst!
We gaan weer genieten van jullie mooie verhalen